Om te starten als ondernemer moet je je burgerrechten
bezitten.
Om te starten als ondernemer moet je je burgerrechten
bezitten. Ben je door de rechter ontzet uit je burgerrechten, dan mag je geen
eigen zaak opstarten.
Een faillissement belet je als natuurlijk persoon in
principe niet om een nieuwe handelsactiviteit op te starten. Als je
faillissement te wijten was aan een ernstige fout, dan kan de rechtbank je wel
verbieden opnieuw handelaar te worden. Dat verbod geldt altijd voor een
specifieke duur, die door de rechtbank wordt bepaald. De minimumduur is drie
jaar, de maximumduur tien.
Een veroordeling wegens fiscale fraude of specifieke
misdrijven zoals schriftvervalsing, diefstal of omkoping kan ook leiden tot een
verbod om nog bepaalde functies uit te oefenen in vennootschappen. Ook dat
verbod geldt altijd voor een welbepaalde periode, van minimum drie jaar,
maximum tien jaar.
Heb je als zelfstandige een faillissement achter de rug,
maar heb je te goeder trouw gehandeld, dan kan de rechtbank zogenaamde
verschoonbaarheid uitspreken. Je schulden worden dan kwijtgescholden. Het al of
niet uitspreken van verschoonbaarheid heeft alleen te maken met de
kwijtschelding van je schulden, niet met de toelating of het verbod om weer een
handelsactiviteit op te starten.