Binnen het Europees recht
geldt als principe dat werknemers onderworpen zijn aan de sociale
zekerheidswetgeving van het land waar zij werken. Als gevolg daarvan moeten
buitenlandse werknemers die in België werken sociale bijdragen betalen aan het
Belgisch sociale zekerheidsstelsel. Via het mechanisme van de detachering
kunnen werknemers echter tijdelijk in ons land werken, terwijl ze gedekt
blijven door het sociale zekerheidsstelsel van hun thuisland. Ze moeten hier
dan geen sociale zekerheidsbijdragen betalen. Zo’n periode van detachering kan
2 jaar duren. De detachering kan hier in België bewezen worden door middel van
een A1 attest. Hierdoor attesteert de sociale zekerheidsinstelling van het
thuisland dat de werknemer en zijn gezin onder de buitenlandse sociale
zekerheid vallen en dus niet in België moeten aansluiten.
Het mechanisme van de
detachering wordt echter vaak misbruikt. Bv. door werknemers die zich eerst
aansluiten bij een “goedkoop” sociale zekerheidsstelsel in een EU-land om zich
daarna onmiddellijk te “detacheren” naar België.
De regering zal deze vorm van
misbruik nu (harder) bestrijden. De Belgische rechter zal daarbij in de
mogelijkheid worden gesteld om de rechtsonderhorige het voordeel van de
bindende kracht van het A1 attest te ontzeggen wanneer een constructie wordt
opgezet met als doel om zich aan de Belgische sociale zekerheid te onttrekken.
Daarnaast zal op initiatief
van de Minister van Werk en de Staatssecretaris voor Fraudebestrijding de
effectiviteit van het verbod op het ter beschikking stellen van personeel
worden hersteld.
(bron: UNIZO)