Zigeuners zijn oorspronkelijk afkomstig uit het Noordelijke
deel van het gebied van Voor- en Achter-Indië. Om nog niet geheel verklaarde
redenen zijn zij in grote groepen vertrokken uit hun geboortestreek en zijn via
Perzië in Westelijke richting getrokken. Rond 1400 arriveerden de eerste
zigeuners in Oost en Zuid Europa.
We weten inmiddels dat bij hun trektocht twee hoofdroutes te
onderscheiden zijn. Want komend vanuit het Oosten botsten zij op de
geografische barrière van de Middellandse Zee. Een deel koos toen voor een
verdere doortocht via Noord-Afrika en belandde uiteindelijk in Spanje. Het
andere deel trok via Turkije en Griekenland de Balkan en Centraal-Europa
binnen.
Zigeuners werden (en worden) aangeduid onder verschillende
benamingen. De meest voorkomende aanduidingen zijn 'gitanos, gitanes, gipsy,
tzigane en zigeuner'. Deze benamingen werden gebruikt voor de groep die via
Noord-Afrika en Spanje Europa was binnengekomen. Het zijn allemaal afleidingen
en verbasteringen van het woord voor 'Egyptenaar' (Egyptien). In het Frans
kende men ook nog wel de aanduiding 'bohémien' (Bohemer) als aanduiding van de
Centraal-Europese groep.
Maar in loop van de 19e eeuw werd deze term echter meer en
meer gehanteerd om er de nogal rommelig en losbandig levende kunstenaars mee
aan te duiden. In Nederland werden zigeuners in de 17e en 18e eeuw letterlijk
aangeduid met 'Egyptenaar', soms ook wel met 'Heyden'.
De Zigeuners hebben een eigen taal die verschillende
varianten kent. Deze taal vertoont heel sterke verwantschap met het
oud-Indiaas: het Sanskriet (een zeer oude Indische taal die in India zelf niet
meer gesproken wordt maar nog wel bestudeerd kan worden. In die zin te
vergelijken met het Latijn).
Hoewel zigeuners een nomadische bestaanswijze kennen, zijn
zij in de loop der tijd toch enigszins verbonden geraakt met bepaalde (grote)
gebieden. Vooral het in de loop der geschiedenis vaststellen van landsgrenzen
heeft daar sterk toe bijgedragen. De landsgrenzen en de problemen die daaruit
voortvloeiden verhinderden ( en verhinderen ook nu nog) vaak het doorreizen.