Belgisch BTW nummer aanvragen
1. Hoe kan een niet Belgische (europese)
vennootschap een Belgisch BTW nummer bekomen?
Ondernemingen gevestigd in de Europese Unie kunnen ‘in eigen naam’
zonder een vaste inrichting in België te hebben een “Belgisch BTW nummer”
bekomen onder het regime van ‘directe registratie’.
Dit regime heeft als voordeel dat de Belgische BTW administratie
rechtstreeks correspondeert met uw Nederlandse vennootschap en u ten aller
tijde op de hoogte bent van de gang van zaken.
De vennootschapsboekhouding kan in Nederland gehouden worden, maar er
dient wel een afzonderlijke Belgische BTW boekhouding gehouden te worden.
Hiervoor mag u een madataris in België benoemen die dan de boeken en stukken
met betrekking tot uw activiteiten in Belgie kan beheren en voorleggen aan de
BTW administratie.
Wanneer de Belgische BTW administratie een controle moet uitvoeren van
de voor het Belgisch BTW identificatienummer te houden boekhouding, dient de
belastingplichtige (dit is na afspraak) met de boekhouding naar een vooraf
opgegeven adres in België te komen.
Om rechtstreeks op naam van uw Nederlandse vennootschap een Belgisch BTW
nummer te kunnen verkrijgen mag u in België geen onderneming organiseren of
personeel te werk stellen dat in België beslissingen kan nemen of
verbintenissen kan afsluiten op het vlak van aan- en verkoop. Er mogen
ook geen rechtstreekse huurcontracten voor magazijnen afgesloten worden, en u
mag in België geen vennootschap (geen BVBA, NV, GCV, ...) of filiaal oprichten.
Het voordeel van een “Rechtstreeks BTW-identificatie" (RBI) is dat u in
België geen vennootschapsbelasting betaalt, geen publicatiekosten m.b.t.
balansen heeft, geen commissaris revisor moet aanstellen, geen
volwaardige boekhouding in België moet voeren (enkel BTW-boekhouding), etc.
2. Vereiste documenten voor het verkrijgen van een
Belgisch BTW identificatienummer
- Bewijs van activiteit.
Voor er een Belgisch BTW identificatienummer wordt toegekend, dient de
Nederlandse belastingplichtige op ondubbelzinnige wijze het bewijs te leveren
dat hij in België in de nabije toekomst handelingen zal stellen waarvoor een
Belgische BTW identificatie noodzakelijk is. Zonder bewijs van
activiteit wordt aan een buitenlandse belastingplichtige zonder vaste
inrichting in België geen BTW nummer toegekend!
Dit kan aangetoond worden door een contract of bestelbon,
transportdocumenten, facturen, etc.
- Uittreksel uit het handelsregister
- Attest van belastingplicht (fiscaal attest) van
het land waar de maatschappelijke zetel gevestigd is
In Europa gevestigde belastingplichtigen moeten geen fiscaal attest bij
hun aanvraag voegen wanneer zij met hun actuele gegevens (BTW
identificatienummer, benaming en adres) in het ‘VAT Information Exchange
System’ (= VIES systeem) zijn opgenomen.
- Aangifte 604A (aanvang van werkzaamheid).
Dit formulier dient ondertekend te zijn door iemand met tekenbevoegdheid
van de vennootschap (naam vermeld in de statuten of het handelsregister) en
dient zoals alle ondertekende formulieren naast de handtekening ook de naam en
hoedanigheid van de ondertekenaar te vermelden + datum van ondertekening.
Het op het formulier 604A opgegeven adres dient overeen te komen met dat
van het fiscaal attest.
- Formulier RBI (“Rechtstreekse BTW-identificatie)
Ingevuld en ondertekend formulier RBI (= Rechtstreekse
BTW-identificatie) dient aan het CKBB verstrekt te worden.
- Belgisch fysiek adres
Tot slot is er een akkoord van een contactpersoon van een Belgisch adres
waar de boeken en stukken ingeval van een controle zullen worden voorgelegd na
afspraak met de Belgische BTW administratie. Dit dient een fysiek adres
te zijn en geen postbus.
3. Tarieven:
3.1. Zakelijk adres/BTW-adres
U mag het adres van een Business
Center gebruiken als uw zakelijk adres, alsook om aan de adresvoorwaarden te
voldoen voor rechtstreekse BTW-identificatie en waar de boeken en stukken met
betrekking tot de economische activiteit in België zullen worden voorgelegd op
elk uitdrukkelijk verzoek van de Belgische BTW administratie.
3.2. Aanvraag Belgisch BTW-nummer
Wij kunnen voor uw vennootschap het volledige dossier voor het
verkrijgen van een Belgisch BTW identificatienummer voorbereiden en
indienen. Offerte hiervoor op aanvraag.
3.3. Aanvraag Belgisch bankrekeningnummer
Voor het formulier 604A dient een Belgisch bankrekeningnummer te worden
opgegeven. Het is trouwens ook handig om een bankrekening in België te
hebben voor uw Belgische klanten, wat meer vertrouwen geeft. Desgewenst
kunnen wij voor u een Belgische bankrekening aanvragen op naam van uw
vennootschap. Offerte hiervoor op aanvraag.
3.4. Belgische BTW-boekhouding
Een niet in België gevestigde belastingplichtige die in België over een
Belgisch BTW identificatienummer beschikt, moet een aparte boekhouding voeren
voor dit Belgisch BTW identificatienummer. De boekhouding moet aan de
omvang van de activiteiten aangepast zijn om de Belgische BTW te kunnen
toepassen en controleren.
Hierbij een overzicht van de belangrijkste verplichtingen op het vlak
van de Belgische BTW wetgeving:
- Het indienen van periodieke BTW aangiftes.
- Het voldoen van de verschuldigde BTW.
- Het indienen van een BTW opgave van de intracommunautaire handelingen.
- Het indienen van een jaarlijkse lijst van BTW belastingplichtige indieners.
- Het voeren van een aparte boekhouding voor het Belgisch BTW
identificatienummer.
- Het doorgeven van wijzigingen van naam en adres.
- Het doorgeven van de stopzetting van de activiteiten.
Dit lijstje is niet volledig en vervangt geenszins de bestaande BTW
wetgeving.
4. Informatie over enkele verplichtingen voor niet
in België gevestigde BTW belastingplichtigen.
4.1. Het indienen van periodieke BTW aangiftes
4.1.1 Wanneer een BTW aangifte indienen?
In het schrijven met de mededeling van het BTW nummer wordt de
belastingplichtige medegedeeld of hij per kwartaal of per maand BTW aangiftes
moet indienen. Dit moet ook gebeuren wanneer er tijdens de afgelopen
maand of kwartaal geen handelingen te rapporteren zijn.
De aangifte moet worden ingediend uiterlijk de 20ste van de
maand volgend op het aangiftetijdvak.
Normaal moet per maand een BTW aangifte worden ingediend. Er kan
door de BTW administratie worden toegestaan om per kwartaal een BTW aangifte in
te dienen, op voorwaarde dat de omzet aan de volgende voorwaarden voldoet:
1. Het totaalbedrag van de leveringen (exclusief BTW) bedraagt minder
dan 200.000,00 EUR op jaarbasis voor de volgende goederen:
- minerale oliën.
- toestellen voor mobiele telefonie en computers alsmede hun randapparatuur,
toebehoren en onderdelen.
- landvoertuigen.
2. Het totaal bedrag van de intracommunautaire leveringen op jaarbasis
bedraagt minder dan 400.000,00 EUR. Zie hiervoor de vakken 46 en 48 van
de BTW aangiftes.
3. Het totaal bedrag van de omzet (exclusief BTW) op jaarbasis bedraagt
niet meer dan 1.000.000,00 EUR.
4.1.2 Wat te doen wanneer één van de drie van hierboven onder punt 1.1
opgesomde drempels wordt overschreden?
Bij het overschrijden van één van de bovenvermelde drempels, is de
belastingplichtige ertoe gehouden om per maand BTW aangiftes in te dienen en
dit vanaf de maand volgend op het kwartaal waarin deze drempel werd
overschreden.
De niet in België gevestigde belastingplichtige die één van de onder
punt 1.1 van hierboven opgesomde drempels heeft overschreden, is ertoe gehouden
om uiterlijk de 10 dag van de maand volgend op het kalenderkwartaal waarin de
drempel werd overschreden het Centraal BTW kantoor voor Buitenlandse
Belastingplichtigen hiervan schriftelijk in te lichten.
4.1.3 Waar moet de BTW aangifte ingediend worden?
De BTW aangifte moet in principe elektronisch door middel van de
applicatie ‘INTERVAT’ ingediend worden. Meer informatie over de
applicatie ‘INTERVAT’ vindt men op www.minfin.fgov.be.
Wanneer men niet over de technische middelen beschikt om de aangifte via
‘INTERVAT’ in te dienen, wordt toegestaan dat de aangifte nog op de door de BTW
administratie gedrukte formulieren wordt gedaan. Het betreft volgend
formulier: 625 – N – 2010: voor belastingplichtigen met Nederlands als
correspondentietaal.
Papieren aangiftes 625 – N – 2010 moeten op volgend adres worden
ingediend:
Federale Overheidsdienst FINANCIEN
Belastingen en Invordering
Administratie van de Ondernemings- en Inkomensfiscaliteit
Scanningscentrum
Gaston Crommenlaan 6, bus 1 tot 3
B-9050 Ledeberg
4.2. Verplichting tot voldoening van de BTW.
De belastingplichtige zal automatisch betalingsformulieren toegestuurd
krijgen om correcte betalingen van verschuldigde BTW voor rekening van de rekening-courant
mogelijk te maken. Het is belangrijk om de mededeling die op deze
betalingsformulieren werd voorgedrukt, te noteren. Deze zal bij elke
betaling voor rekening van de rekening-courant van de desbetreffende
belastingplichtige dienen te worden medegedeeld.
4.2.1 Voldoening van het verschuldigde bedrag dat blijkt uit de BTW
aangifte (vak 71 van de BTW aangifte).
De verschuldigde belasting voor de aangifteperiode moet uiterlijk de
twintigste van de maand die volgt op deze aangifteperiode worden voldaan.
Krachtens artikel 2 van het koninklijk besluit nr. 24 moet de betaling
geschieden op PRK. nr. 679-2003000-47 van "BTW-Ontvangsten, Brussel".
De betalingen moeten geschieden met gebruikmaking van betaalformulieren
die worden verstrekt door de BTW administratie of van speciale formulieren die
sommige banken of andere financiële instellingen ter beschikking mogen stellen
van hun klanten met vermelding van de gestructureerde mededeling die aan de
belastingplichtige ter kennis werd gebracht door de administratie.
Betaalformulieren kunnen aangevraagd worden door op de aangifte
‘aanvraag van betaalformulieren’ aan te kruisen.
Hieronder een overzicht van de nuttige gegevens om de betaling correct
te kunnen uitvoeren:
Begunstigde: BTW ontvangsten Brussel
Bank van de begunstigde: Postcheque – WTC II – B-1100 BRUSSEL
IBAN CODE: BE22 679 2003000 47
Swift code: PCHQ BE BB
Referentie: te noteren van de betaalformulieren die automatisch aan de
belastingplichtige worden toegestuurd.
Wanneer de belastingplichtige op de dag dat het verschuldigde bedrag
moet worden voldaan, op zijn rekening-courant over een bedrag in zijn voordeel
beschikt, mag hij dit tegoed verrekenen met het te betalen bedrag.
4.2.2 Belangrijke opmerking voor belastingplichtigen die ertoe gehouden
zijn om maandaangiftes in te dienen: het voldoen van het ‘decembervoorschot’!
4.2.2.1. Hoe wordt het decembervoorschot bepaald?
De belastingplichtige die op 1 december van het lopende kalenderjaar
gehouden is tot het indienen van een BTW aangifte per maand, moet een voorschot
betalen op de BTW die verschuldigd is over zijn handelingen van de maand
december van datzelfde jaar. Het decembervoorschot dient uiterlijk de
24ste december van het lopende kalenderjaar te worden voldaan.
Het bedrag van het decembervoorschot kan naar keuze van de
belastingplichtige op één van de volgende twee wijzen worden bepaald :
1. De effectief verschuldigde belasting voor de handelingen verricht van
1 tot en met 20 december van het lopende kalenderjaar. Wanneer deze
berekening gehanteerd wordt, moet het bedrag van het voorschot in rooster 91
van de maandaangifte voor de maand december van het lopende kalenderjaar worden
ingevuld.
2. het bedrag van de verschuldigde belasting voor de handelingen van de
maand november van het lopende kalenderjaar. Wanneer deze berekening
gehanteerd wordt, mag geen bedrag in rooster 91 van de BTW aangifte ingevuld
worden.
4.2.2.2. Hoe moet het decembervoorschot betaald worden?
Op dezelfde wijze als hierboven beschreven onder het punt 4.2.2.1.
Dit houdt in dat de belastingplichtige ook zijn vaste gestructureerde
mededeling dient op te geven bij de betaling.
Wanneer de belastingplichtige op de dag dat het voorschot moet worden
voldaan, op zijn rekening-courant over een bedrag in zijn voordeel beschikt,
mag hij dit tegoed verrekenen met het te betalen bedrag.
4.2.2.3. Wat als het decembervoorschot verschuldigd was en niet werd
betaald?
Dan worden op grond van artikel 91, § 1 van het Belgisch BTW wetboek
interesten berekend van 0,8% per maand berekend. Deze verschuldigde
interesten worden ingeschreven op de rekening-courant van de
belastingplichtige.
4.2.3 Belangrijke opmerking voor belastingplichtigen die ertoe gehouden
zijn om kwartaalaangiftes in te dienen: de verplichting om maandelijks een
voorschot te voldoen!
4.2.3.1 Wanneer moet dit worden voldaan?
Overeenkomstig artikel 19, § 1, van het koninklijk besluit nr. 1 moet de
belastingplichtige die slechts om de drie maanden een aangifte indient,
uiterlijk de twintigste van de tweede en de derde maand van ieder
kalenderkwartaal een voorschot voldoen op de belasting waarvan de opeisbaarheid
uit die aangifte zal blijken.
De voorschotten moeten dus worden gestort :
- voor het 1ste kwartaal van het jaar : uiterlijk op 20 februari en 20
maart;
- voor het 2de kwartaal van het jaar : uiterlijk op 20 mei en 20 juni;
- voor het 3de kwartaal van het jaar : uiterlijk op 20 augustus en 20
september;
- voor het 4de kwartaal van het jaar : uiterlijk op 20 november en 20 december.
4.2.3.2 Hoe wordt het bedrag van het voorschot bepaald?
Het bedrag van elk van de twee voorschotten die tijdens een kwartaal
moeten worden betaald, is gelijk aan een derde van het bedrag van de
belasting dat voorkomt in rooster 71 van de aangifte met betrekking tot de
handelingen van het vorige kwartaal.
4.2.3.3 Hoe moet het maandelijkse voorschot worden betaald?
Op dezelfde wijze als hierboven beschreven onder het punt 2.1. Het
is onder andere belangrijk om de juiste referentie bij de betaling mede te
delen.
Wanneer de belastingplichtige op de dag dat het voorschot moet worden
voldaan, op zijn rekening-courant over een bedrag in zijn voordeel beschikt,
mag hij dit tegoed verrekenen met het te betalen bedrag.
4.2.3.4 Wat als de belastingplichtige zijn verschuldigde maandelijkse
voorschotten niet voldoet?
Dan worden op grond van artikel 91, § 1 van het Belgisch BTW wetboek
interesten berekend van 0,8% per maand berekend. Deze verschuldigde
interesten worden ingeschreven op de rekening-courant van de
belastingplichtige.
4.3. Het indienen van een ‘opgave van de
intracommunautaire handelingen’.
Voor meer informatie: zie o.a. de informatiebrochure voor de aangifte
723 – N – 2010.
4.3.1 Welke handelingen moeten in deze opgave aangegeven worden?
Met de ‘opgave van de intracommunautaire handelingen’ wordt aangifte
gedaan van het totaalbedrag per klant van de handelingen die in de vakken 44,
46 en 48 moeten worden aangegeven.
4.3.2 Hoe moet de opgave ingediend worden?
De opgave moet in principe elektronisch door middel van de applicatie
‘INTERVAT’ ingediend worden. Meer informatie over de applicatie
‘INTERVAT’ vindt men op www.minfin.fgov.be.
Wanneer men niet over de technische middelen beschikt om de opgave via
‘INTERVAT’ in te dienen, wordt toegestaan dat de aangifte nog op de door de BTW
administratie gedrukte formulieren wordt gedaan. Het betreft volgend
formulier: 723 – N – 2010: voor belastingplichtigen met Nederlands als
correspondentietaal.
Papieren aangiftes 723 – N – 2010 moeten op volgend adres worden
ingediend:
Federale Overheidsdienst FINANCIEN
Belastingen en Invordering
Administratie van de Ondernemings- en Inkomensfiscaliteit
Scanningscentrum
Gaston Crommenlaan 6, bus 1 tot 3
9050 Ledeberg
4.3.3 Wanneer moet de ‘opgave voor intracommunautaire handelingen’
ingediend worden?
Wanneer geen handelingen werden gesteld die moeten aangegeven worden in
de vakken 44, 46 of 48, moet deze opgave niet ingediend worden.
Belastingplichtigen die per maand een BTW aangifte moeten indienen,
moeten eveneens per maand een kwartaalopgave van de intracommunautaire
handelingen indienen.
Belastingplichtigen die per kwartaal een BTW aangifte moeten indienen,
kunnen eveneens per kwartaal een ‘opgave van de intracommunautaire handelingen’
indienen, op voorwaarde dat het totaalbedrag van de intracommunautaire leveringen
(zie vak 46 voor de bedragen aan intracommunautaire leveringen en vak 48 voor
de creditnota’s hierop) per kwartaal de drempel van 100.000,00 EUR gedurende de
4 laatste kalenderkwartalen niet heeft overschreden.
Belastingplichtigen die per kwartaal een BTW aangifte moeten indienen,
moeten per maand een ‘opgave van de intracommunautaire handelingen’ indienen
wanneer tijdens één kwartaal gedurende de laatste 4 kalenderkwartalen de
drempel van 100.000,00 EUR aan intracommunautaire leveringen werd overschreden.
De BTW opgave voor intracommunautaire handelingen moet worden ingediend
uiterlijk de 20ste dag volgend op de maand of het kwartaal waarop
zij betrekking heeft.
Wanneer de belastingplichtige op jaarbasis meer dan 400.000,00 EUR aan
intracommunautaire leveringen heeft verricht, dient hij de maand volgend op het
kwartaal waarin de drempel van 400.000,00 EUR werd overschreden, maandelijks
zowel een ‘opgave van intracommunautaire handelingen’ en een ‘BTW aangifte’ in
te dienen. Zie hieromtrent punt 4.1.1 van hierboven.
4.4. Het indienen van een jaarlijkse lijst van BTW
belastingplichtige afnemers.
Voor meer informatie: zie o.a. de informatiebrochure voor de aangifte
725 – N – 2010.
4.4.1 Welke handelingen moeten hierin aangegeven worden?
Per klant die goederen of diensten heeft aangekocht voor rekening van
zijn Belgisch BTW nummer en waarvan deze verkopen dienden te worden aangegeven
onder de vakken 00, 01, 02, 03, 45, 47 en 49 van de BTW aangifte, dienen
volgende gegevens te worden aangegeven:
- Het Belgisch BTW nummer van de klant (verkopen aan klanten zonder
Belgisch BTW nummer mogen niet op deze lijst worden aangegeven).
- Het totaal bedrag van de maatstaf van heffing.
- Het totaal bedrag aan BTW die diende te worden gefactureerd.
4.4.2 Hoe moet de jaarlijkse lijst van BTW belastingplichtige afnemers
worden ingediend?
De BTW opgave moet in principe elektronisch door middel van de
applicatie ‘INTERVAT’ ingediend worden. Meer informatie over de
applicatie ‘INTERVAT’ vindt men op www.minfin.fgov.be.
Wanneer men niet over de technische middelen beschikt om de lijst via
‘INTERVAT’ in te dienen, wordt toegestaan dat de aangifte nog op de door de BTW
administratie gedrukte formulieren wordt gedaan. Het betreft volgend
formulier: 725 – N – 2010: voor belastingplichtigen met Nederlands als
correspondentietaal.
Papieren aangiftes 725 – N – 2010 moeten op volgend adres worden
ingediend:
Federale Overheidsdienst FINANCIEN
Belastingen en Invordering
Administratie van de Ondernemings- en Inkomensfiscaliteit
Scanningscentrum
Gaston Crommenlaan 6, bus 1 tot 3
9050 Ledeberg
4.4.3 Wanneer moet een jaarlijkse lijst van BTW belastingplichtige
afnemers worden ingediend?
Uiterlijk 31 maart van het jaar volgend op het kalenderjaar waarop deze
lijst betrekking heeft. Ingeval van stopzetting, moet deze lijst worden
ingediend binnen de 3 maanden volgend op de datum van de officiële doorhaling
van het BTW nummer.
4.4.4 Wat als er geen handelingen aan te geven zijn op de jaarlijkse
lijst van BTW belastingplichtige afnemers?
Vak VIII van de BTW aangifte 625 aankruisen voor de laatste maand van
het desbetreffende kalenderjaar waarop de klantenlisting betrekking heeft of de
laatst in te dienen BTW aangifte in geval van stopzetting.
4.5. Het voeren van een aparte boekhouding voor het
Belgisch BTW identificatienummer.
Een niet in België gevestigde belastingplichtige die in België over een
Belgisch BTW identificatienummer beschikt, moet een aparte boekhouding voeren
voor dit Belgisch BTW identificatienummer. De boekhouding moet aan de
omvang van de activiteiten aangepast zijn om de Belgische BTW te kunnen
toepassen en controleren.
De boekhouding moet zeker volgende boeken bevatten:
- Een boek voor aankoopfacturen
- Een boek voor verkoopfacturen
4.5.1 Verplichte vermeldingen in het aankoopdagboek.
Het boek voor aankoopfacturen moet zeker volgende vermeldingen bevatten:
1) Een volgnummer dat de belastingplichtige toekent aan de factuur.
2) De datum van de factuur.
3) De naam van de leverancier of dienstverrichter.
4) Per factuur: het bedrag van de maatstaf van heffing en de BTW.
Deze moeten eveneens uitgesplitst worden per tarief.
5) De prijs van de handeling wanneer deze niet belastbaar is.
6) Per factuur een uitsplitsing van de bedragen per vak in de BTW
aangifte:
- Vakken 81, 82, 83, 84, 85, 86, 87 en 88 voor de maatstaven van
heffing.
- Vakken 55, 56, 57 en 61 voor de verschuldigde BTW over de aankopen.
- Vak 63 voor de verschuldigde BTW op inkomende creditnota’s.
- Vakken 59 en 62 voor de aftrekbare BTW over de aankopen.
7) Het totaalbedrag van de vakken bedoeld onder punt 6) per
aangiftetijdvak.
4.5.2 Verplichte vermeldingen in het verkoopdagboek.
Het boek voor verkoopfacturen moet zeker volgende vermeldingen bevatten:
1) Het factuurnummer.
2. De factuurdatum.
3) De naam van de klant.
4) Per factuur: het bedrag van de maatstaf van heffing. Deze dient
eveneens uitgesplitst te worden per tarief.
5) Per factuur: het bedrag van de verschuldigde BTW. De
verschuldigde BTW dient eveneens uitgesplitst te worden per tarief.
6) Het totaalbedrag van de handeling wanneer deze niet belastbaar is.
7) Per factuur een uitsplitsing van de bedragen per vak in de BTW
aangifte:
- Vakken 00, 01, 02, 03, 44, 45, 46, 47, 48 en 49 voor de maatstaven van
heffing.
- Vakken 54 en 61 voor de verschuldigde BTW over de verkopen.
- Vak 64 voor de terug te vorderen BTW op uitgaande creditnota’s.
8) Het totaalbedrag van de vakken bedoeld onder punt 7) per
aangiftetijdvak.
4.6. Het doorgeven van wijzigingen van naam en
adres.
Binnen de maand nadat een wijziging in naam of adres zich heeft
voorgedaan, dient de belastingplichtige hiervan schriftelijk het CKBB te
informeren.
Bepaalde wijzigingen kunnen met het formulier 604B worden
medegedeeld. Wijzigingen die niet op het formulier 604B worden voorzien,
moeten per afzonderlijk schrijven worden medegedeeld.
Als bewijs van de wijziging van de benaming of het adres van de
buitenlandse belastingplichtige, moet bij de aangifte van de wijziging een
fiscaal attest worden bijgevoegd waaruit blijkt dat de wijziging werd doorgevoerd
bij de belastingadministratie in het land van vestiging.
Wanneer voor een belastingplichtige met als regime ‘directe BTW
registratie’, een ander Belgisch adres wordt opgegeven waar in geval van een
door de Belgische BTW administratie uit te voeren BTW controle de boekhouding
met betrekking tot het Belgisch BTW identificatienummer zal worden voorgelegd,
dient hiervan het schriftelijk akkoord van een contactpersoon bij het Belgisch
adres te worden bijgevoegd. Deze schriftelijke bevestiging is niet nodig
wanneer het CKBB wordt opgegeven als adres van voorlegging van de boekhouding.
4.7. Stopzetting van de activiteiten.
Wanneer de buitenlandse belastingplichtige zijn activiteiten stopzet,
moet om de schrapping van het BTW nummer gevraagd worden. Dit kan door
middel van het formulier 604C.
De aanvraag tot stopzetting van het BTW nummer dient te voldoen aan de
volgende voorwaarden:
Het formulier dient ondertekend te zijn door iemand met tekenbevoegdheid
voor de buitenlandse belastingplichtige en wiens naam in het uittreksel van de
buitenlandse kamer van koophandel werd gepubliceerd als zijnde iemand met
tekenbevoegdheid voor de buitenlandse onderneming.
Bij het formulier 604C dient een recent uittreksel van de buitenlandse
kamer van koophandel te worden gevoegd om aan te tonen dat de ondertekenaar van
dit formulier tekenbevoegdheid heeft voor de buitenlandse onderneming.
De belastingplichtige zal door het Centraal BTW kantoor voor
Buitenlandse Belastingplichtigen per schrijven worden geïnformeerd van de officiële
doorhaling van het BTW nummer. Op te merken is dat er BTW aangiftes
moeten worden ingediend voor de periodes tussen de datum van de aanvraag tot
stopzetting en de datum van de officiële doorhaling van het BTW nummer.
Wanneer de buitenlandse belastingplichtige in de toekomst terug
handelingen in België zou stellen waarvoor hij een Belgisch BTW nummer zou
nodig hebben, kan dit nummer terug geactiveerd worden mits de nodige
formaliteiten worden vervuld. Meer informatie hierover kan dan op het Centraal
BTW kantoor voor Buitenlandse Belastingplichtigen worden bekomen.