Saturday 1 September 2012

Detachering van Nederland naar Belgie (voor Bulgarije gelden dezelfde regels).



DETACHEREN NAAR BELGIË



Volgens de Europese regelgeving (EG-Verordening 1408/71) is iemand sociaal verzekerd in het land waar hij werkt. Maar als tijdelijk werkzaamheden in België worden verricht, kan van deze hoofdregel worden afgeweken door een detachering. De werknemer of de zelfstandige kan dan tijdens een periode van maximaal twaalf maanden Nederlands sociaal verzekerd blijven. Uit een detacheringsverklaring, het E-101-formulier, blijkt dat tijdens het werken in België de premies voor de sociale zekerheid in Nederland worden betaald. In feite wordt aangetoond dat er niet ‘zwart’ gewerkt wordt. Als men de detacheringsverklaring niet bij zich heeft kan er onmiddellijke stopzetting van de werken volgen of zelfs een boete worden opgelegd, na controle van de Belgische sociale inspectie. In deze folder vindt u de belangrijkste administratieve stappen die u moet nemen om de detachering te regelen. Daarnaast vindt u informatie over de verplichtingen waaraan u in België mogelijk moet voldoen.



De voorwaarden
- de werknemer/zelfstandige is direct voorafgaand aan de detachering verzekerd voor de Nederlandse sociale verzekeringswetten;
- de werkgever/zelfstandige moet in Nederland substantiële werkzaamheden uitoefenen;
- de werkgever/zelfstandige moet in Nederland een vestiging hebben (geen brievenbus);
- de werknemer/zelfstandige heeft de nationaliteit van een EU-lidstaat of EVA-land of is een staatloze of vluchteling;
- de werknemer moet een dienstverband hebben met de werkgever die hem detacheert;
- de werknemer/zelfstandige wordt enkel naar België uitgezonden;
- de detachering mag niet gebeuren ter vervanging van een reeds eerder gedetacheerde werknemer/zelfstandige;
- de detachering moet tijdelijk zijn (maximaal twaalf maanden); voor eventuele verlenging, zie verder;
- de werkgever betaalt aan de werknemer het loon door onder inhouding van de in Nederland verschuldigde sociale verzekeringspremies; de zelfstandige blijft zijn sociale premies volksverzekeringen afdragen in Nederland;
- tussen de werkgever en werknemer moet een organische band blijven bestaan; de werkgever heeft de verantwoordelijkheid inzake arbeidsovereenkomst, ontslag, vakantie, vaststellen van de aard van de werkzaamheden enzovoort;
- de werknemer/zelfstandige mag niet door de Belgische onderneming waar hij tijdelijk werkt ter beschikking worden gesteld van een derde;
- voor zeelieden, werknemers in het internationale vervoer, grensarbeiders en stagiaires gelden specifieke regels; neem hiervoor contact op met BBZ (tel. 076-5485840) of Internationale Detachering/ID (tel. 020-6565277).



De aanvraagprocedure



De werkgever/zelfstandige vraagt bij de afdeling Internationale Detachering (ID) van de Sociale Verzekeringsbank (SVB) in Amstelveen een formulier E-101. Dit gebeurt vóór het vertrek van de werknemer of zelfstandige naar België. Er wordt naar gestreefd het detacheringformulier binnen vijf werkdagen af te leveren, indien aan alle voorwaarden is voldaan. Het origineel wordt naar de werknemer/zelfstandige thuis gestuurd, terwijl een kopie wordt verstuurd naar de werkgever, het UWV, de Belastingdienst en de RSZ (Rijksdienst voor Sociale Zekerheid, in Brussel).


Aanvullende informatie
Ziektekosten:
Als de werknemer/zelfstandige verplicht verzekerd is voor het ziekenfonds, dan moet hij daar een E-128-formulier aanvragen waardoor geneeskundige hulp ook in België wordt geregeld. Vergezellende gezinsleden vragen in deze situatie een E-111-formulier aan. Voor de werknemers/zelfstandigen die particulier verzekerd zijn is het belangrijk om contact op te nemen met hun particuliere ziektekostenverzekeraar en daar na te vragen of die verzekering ook dekking geeft voor geneeskundige verzorging buiten Nederland.
-
Tijdelijke verhuizing naar België:
Gezinsleden
die met de gedetacheerde mee verhuizen naar België, zijn niet langer verzekerd voor de Nederlandse sociale verzekeringen. Zij kunnen wel een vrijwillige verzekering afsluiten voor de AOW en/of Anw. Meer informatie hierover kan men krijgen bij : SVB, Kantoor Verzekeringen, afdeling Vrijwillige Verzekering, Postbus 357, 1180 AJ Amstelveen, tel. 020-6565225



Verlenging van de detachering



Als door onvoorziene omstandigheden de detachering langer dan twaalf maanden duurt, kan de detachering met maximaal twaalf maanden verlengd worden. Dit gebeurt onder bepaalde voorwaarden :
- vóór het verstrijken van de toegestane detacheringtermijn moet de werkgever/zelfstandige een formulier E-102 aanvragen bij de SVB, afdeling ID in Amstelveen;
- de SVB legt het ingevulde formulier ter goedkeuring voor aan de RSZ in België; als de RSZ akkoord gaat met de verlenging, is de Nederlandse sociale verzekeringswetgeving voor een nieuwe periode van twaalf maanden van toepassing;
- de werknemer/zelfstandige moet opnieuw zijn ziektekostenverzekeraar op de hoogte brengen.



Detachering langer dan twaalf maanden



Regelmatig is het vooraf al duidelijk dat de uitzending naar België langer dan twaalf maanden zal duren. In zo’n geval kan de afdeling ID van de SVB ook een E-101-verklaring afgeven, maar op basis van een ander artikel van de EG-Verordening 1408/71. Door deze procedure op grond van artikel 17 van deze EG-Verordening kan de Nederlandse sociale verzekeringswetgeving voor maximaal vijf jaar van toepassing worden verklaard op de werknemer/zelfstandige die tijdelijk in België gaat werken.



Werken in twee of meer landen



Een werknemer of zelfstandige is sociaal verzekerd in het land waar hij werkt. Maar als men structureel in meerdere landen werkt, is voor de toepassing van de sociale verzekerings-wetgeving niet enkel het werklandbeginsel van belang maar ook het woonlandbeginsel. Als men namelijk ook in zijn woonland werkt, dan is de wetgeving van het woonland de toepasselijke sociale zekerheidswetgeving. Deze situatie moet de werknemer of zelfstandige laten regulariseren bij de afdeling Internationale Detachering van de SVB, door een Verklaring Toepasselijke Wetgeving.

2



Thuis- of telewerken



:



Het thuiswerken heeft ook zijn invloed op de toepasselijke wetgeving. Als iemand in dienst is van een Nederlandse werkgever en woont in België waar hij regelmatig thuiswerkt, dan kan het zijn dat niet de Nederlandse maar de Belgische sociale zekerheidswetgeving op hem van toepassing is! Voor meer informatie raden wij u aan contact op te nemen met BBZ of ID.



Administratieve voorschriften



Voor de werkgever/zelfstandige zijn er, naast het E-101-formulier, nog een aantal administratieve verplichtingen waar rekening mee moet worden gehouden.
1) registreren als aannemer
2) aanvragen van een BTW-nummer
3) aanwijzen van een aansprakelijk vertegenwoordiger
4) aanvragen van een attest “ondernemingsvaardigheden”
5) inhoudings- en doorstortingsplicht
6) inschrijven bij de PDOK – Patronale Dienst voor Organisatie en Kontrole van het Zegelstelsel
7) bijhouden van sociale documenten

Wij vermelden de instanties waar u terecht kan voor formulieren, inschrijving en meer informatie.
1) registreren als aannemer



In België is er per provincie een provinciale registratiecommissie die de registratiewetgeving uitvoert. Het begrip aannemer is een ruim begrip en heeft betrekking op alle werken aan onroerende goederen. Om te weten óf men onder deze wetgeving valt, is het aan te raden contact op te nemen met de commissie van de provincie waar de werkzaamheden gaan plaatsvinden.



 


Praktisch:



In de praktijk raden wij aannemers aan om te starten met de tijdelijke registratie als aannemer op basis van het Nederlandse BTW-nummer (12 maanden geldig), en in tussentijd ook de aanvraag te starten voor een Belgisch BTW-nummer (zonder beperkte geldigheid).
2) aanvragen van een BTW-nummer



Per 1 januari 2002 geldt er in België een nieuwe BTW-wet, met twee grote wijzigingen.

De eerste heeft betrekking op het verleggen van de BTW, de tweede wijziging is het afschaffen van de verplichte aanstelling van een aansprakelijk vertegenwoordiger (zie 3))



Verleggen van de BTW:



Als een buitenlandse ondernemer een handeling (levering van een goed of dienst) stelt in België, dan is de Belgische BTW van toepassing. Deze BTW van 21% wordt echter verlegd naar de medecontractant als deze een in België gevestigde ondernemer is die periodieke BTW-aangiftes indient; of als deze een niet in België gevestigde ondernemer is die in België een aansprakelijk vertegenwoordiger met een individueel BTW-nummer heeft aangewezen.

De Belgische BTW-administratie zal een BTW-nummer pas toekennen indien de verleggingsregel niet kan worden toegepast. Men heeft immers in principe geen BTW-nummer meer nodig. Let op: aannemers vragen/krijgen wel nog een BTW-nummer omdat de registratie als aannemer gekoppeld is aan het hebben van een Belgisch BTW-nummer.



Aanvraag:



Het BTW-nummer moet men aanvragen bij het Centraal Kantoor van de Buitenlands Belastingplichtigen, Zaveltoren, Stevensstraat 7, B-1000 Brussel, tel. (0032)-(0)25525933.

De toekenning duurt enkele maanden.



Link tussen BTW en registratie


:



In principe betaalt men 21% BTW. Soms geldt er een verlaagd tarief van 6% BTW. Dit is bijvoorbeeld het geval voor verbouwingen aan woningen van ouder dan 15 jaar. Voorwaarde hierbij is wel dat de uitvoerder als aannemer een registratienummer heeft.
3) aanwijzen van een aansprakelijk vertegenwoordiger



Tot januari 2002 moest iedere buitenlander die een Belgisch BTW-nummer nodig had, een aansprakelijk vertegenwoordiger (AV) aanstellen. Vanaf januari 2002 is die verplichting vervallen voor de binnen de EU gevestigde ondernemers. Zij kunnen in België nu rechtstreeks een BTW-nummer aanvragen, zonder aanstelling van een AV. De niet in de EU gevestigde ondernemers moeten nog steeds een AV aanstellen.

Voor adressen van aansprakelijk vertegenwoordigers (die voor u het hele pakket van administratie in orde kunnen maken) kunt u contact opnemen met BBZ.
4) aanvragen van een attest “ondernemingsvaardigheden”



Gereglementeerde beroepen:



Een aantal beroepen zijn in België gereglementeerd en vallen onder de Belgische vestigingswet. Om één van de 42 vastgelegde gereglementeerde beroepen te mogen

4

uitoefenen in Belgiл moet men een attest ondernemingsvaardigheden hebben, dat door de FOD Economie wordt verstrekt. Met dit attest toont de ondernemer aan voldoende beheerskennis (kennis van onder andere recht, handel en boekhouding) en beroepskennis (vakbekwaamheid) te hebben.



Bewijs van beroepskennis en kennis bedrijfsbeheer


kan geleverd worden aan de hand van Nederlandse diploma’s of met een EG-verklaring van daadwerkelijke bedrijfsuitoefening.




 

5) inhoudings- en doorstortingsplicht

Nederlands bouwbedrijf voert opdrachten uit voor Belgische ondernemer


:

De Belgische opdrachtgever moet nagaan of het bouwbedrijf een registratie heeft als aannemer. Als dat niet zo is, dan rust op de opdrachtgever de sociale en fiscale aansprakelijkheid én heeft hij een inhoudings- en doorstortingsplicht.

Inhouding


: een bepaald percentage van het gefactureerde bedrag moet ingehouden worden en moet worden doorgestort aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid en de fiscus (inkomstenbelasting). De opdrachtgever moet dus niet de volledige factuur betalen, maar een deel doorstorten aan de RSZ (15% of 35%) en de fiscus (15%).

Restitutie


: het niet-uitbetaalde bedrag kan wel door het Nederlandse bouwbedrijf worden teruggevraagd. Bij de RSZ wordt er hiertoe eerst gekeken of er geen sociale schulden zijn. Met een geldige E-101- verklaring kan hiervan geen sprake zijn aangezien er in België geen sociale lasten betaald moeten worden. De inhouding RSZ moet dus niet gebeuren wanneer de niet-geregistreerde aannemer een geldige E-101 kan overleggen. De fiscus kijkt na of er geen fiscale schulden in België zijn en betaalt dan de gestorte bedragen uit aan het Nederlandse bouwbedrijf.

 

6) inschrijven bij de PDOK – Patronale Dienst voor Organisatie en Kontrole van het Zegelstelsel




Nederlandse ondernemingen moeten zich aanmelden (inschrijven) bij de PDOK. Daarnaast zijn ze verplicht per kwartaal aangifte te doen. Zij dienen aangifte te doen door middel van een lijst, die op het einde van ieder kwartaal verzonden wordt aan het PDOK met vermelding van de werknemers (enkel handarbeiders) die in Belgiл werden tewerkgesteld in het voorbije kwartaal en hun bruto uurloon.

Voor informatie over de bestaanszekerheidsstelsels kunt u zich wenden tot:

PDOK

Lombardstraat 34-42, B-1000 Brussel

Tel. (0032)-(0)2 5455775

Er is enkel een aangifteplicht, echter geen betalingsplicht.



7 )bijhouden van sociale documenten



De Nederlandse werkgever die in België werknemers tewerkstelt, is ook verplicht een aantal “Belgische” sociale documenten op te stellen en bij te houden. Sinds 1 april 2002 kan de buitenlandse werkgever – gedurende de eerste zes maanden van tewerkstelling – hiervoor vrijstelling krijgen. Deze vrijstelling geldt per werf (werkplaats). Tussen twee Belgische werven/opdrachten dient er echter een onderbreking te zijn.

Om van de vrijstelling gebruik te kunnen maken moet de werkgever aan twee voorwaarden voldoen:
1) vóór aanvang van het werk ‘een verklaring van terbeschikkingstelling’ toezenden aan de Inspectie van de Sociale Wetten; en
2) kopieën bewaren van documenten die vergelijkbaar zijn met de Belgische loonafrekening (loonspecificatie) en de individuele rekening (jaaroverzicht van loonbetalingen).

Voor meer informatie en het downloaden van documenten kunt u contact opnemen met :

Administratie van het Toezicht op de Sociale Wetten

FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg



Ernest Blerotstraat 1 1070 BRUSSEL Tel.: 02 235 54 01 Fax: 02 235 54 04



www.meta.fgov.be

isw.detachering@meta.fgov.be

Na zes maanden op een werf (werkplaats) aan het werk te zijn geweest, vervalt de vrijstelling. Vanaf dat moment moet de Nederlandse werkgever een Belgische sociaal mandataris volmachtigen teneinde de Belgische sociale documenten op te stellen. Deze sociaal mandataris moet een Belgische natuurlijke persoon zijn, die bovendien ook woont in België. De sociaal mandataris stelt de volgende Belgische sociale documenten op :
1) personeelsregister: in dit register worden de persoonsgegevens van al de Nederlandse werknemers bijgehouden.Dit register moet bewaard worden op het adres van de sociaal mandataris;
2) individuele rekening: naast werkgevers- en werknemersgegevens vermeldt dit document ook informatie over de loonbetalingen, gewerkte uren, bedrag van bedrijfsvoorheffing, enzovoort;
3) arbeidsreglement: dit document bevat onder andere de aanvang en einde van een werkdag, de rusttijden, de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur, opzeggingstermijnen, informatie over Eerste Hulp, jaarlijkse vakantie, namen van leden van de ondernemingsraad en de vakbond en de toepasselijke CAO’s;
4) individueel document: legitimatiedocument met gegevens per werknemer en werkgever



Wel Belgisch recht van toepassing !

6



Ook in geval van detachering moeten enkele Belgische rechtsregels worden toegepast! Het gaat om Belgische dwingende bepalingen die van toepassing zullen zijn in geval van terbeschikkingstelling van werknemers in Belgiл. Denk hierbij aan bepalingen uit de Arbeidswet, de Feestdagenwet, de Wet Jaarlijkse Vakantie, de Arbeidsreglementenwet, en andere wetten, alsook de wetten van politie en veiligheid.

Er is een uitzondering voorzien : de Belgische loonvoorwaarden en de reglementering inzake jaarlijkse vakantie zijn niet van toepassing als er werken worden uitgevoerd in Belgiл die minder dan acht dagen duren en die dienen tot de initiлle assemblage en/of de eerste installatie van een goed . Opgelet : Werkzaamheden, ressorterend onder de Belgische bouwsector, zijn uitgesloten.



Aanvullende regelingen op basis van CAO’s



Voor werkzaamheden in de metaalsector bestaat er in België een Fonds voor Bestaanszekerheid (FBZ), dat aanvullende vergoedingen aan werknemers uitbetaalt ingeval van onder andere werkloosheid en langdurige ziekte. Betalingsplicht alleen in het geval men geen gelijkaardige premie betaalt in Nederland en alleen, indien men een werknemer, binnen een periode van 24 maanden, meer dan 12 maanden naar België heeft gedetacheerd.



Detachering en uitzendbureaus



In België moet elk uitzendbureau erkend zijn. Bij uitzending in Vlaanderen, Wallonië en Brussel, dient men een erkenning te verkrijgen van respectievelijk de Vlaamse Gemeenschap, de Waalse Gemeenschap en het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest.

Uitzendbureaus zijn vrijgesteld van het houden van een personeelsregister en individuele documenten als zij de tewerkstelling aan de RSZ meedelen.

Voor meer informatie kunt u terecht bij BBZ.



Feestdagen



Op de tien officiële Belgische feestdagen mag er in België niet gewerkt worden, ook niet door werknemers van buitenlandse bedrijven. Deze dagen zijn : 1 januari, Paasmaandag, 1 mei, Hemelvaartsdag, Pinkstermaandag, 21 juli (nationale feestdag), 15 augustus (Maria Tenhemelopneming), 1 november (Allerheiligen), 11 november (Wapenstilstand) en 25 december.




Bureau voor Belgische Zaken aanvaardt geen aansprakelijkheid voor eventueel in deze uitgave voorkomende onjuistheden, noch kunnen aan deze uitgave rechten worden ontleend.