Monday 12 August 2013

Vennootschapsrecht

Het Belgische vennootschapsrecht is, in tegenstelling tot in Nederland, niet langer geregeld in het burgerlijk wetboek, maar in een afzonderlijk Wetboek van Vennootschappen (W.Venn.). Voor de invoering van dit wetboek was de regeling opgenomen in het Burgerlijk Wetboek en het Wetboek van Koophandel.

Een vennootschap wordt naar Belgisch recht opgericht door een contract waarbij men iets in gemeenschap brengt met de bedoeling winst te maken. Een groep vrienden die samen op de Lotto spelen hebben dus een vennootschap, meer bepaald een eenvoudige maatschap zonder rechtspersoonlijkheid.

In artikel 1 W.Venn. wordt een vennootschap als volgt omschreven: Een vennootschap wordt opgericht door een contract op grond waarvan twee of meer personen overeenkomen iets in gemeenschap te brengen met als doel één of meer nauwkeurig omschreven activiteiten uit te oefenen en met het oogmerk aan de vennoten een rechtstreeks of onrechtstreeks vermogensvoordeel te bezorgen.

Het gaat dus om een contract tussen meerdere personen, in uitzonderlijke gevallen kan ook een vennootschap worden opgericht door één persoon. Het gaat dan om een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid (BVBA), onder de vorm van een eenpersoons-bvba (EBVBA).

In tegenstelling tot Nederland kent België een onderscheid tussen burgerlijke en handelsvennootschappen. Burgerlijke vennootschappen zijn die vennootschappen die o.a. voor diensten verleend door vrije beroepen worden gehanteerd, zoals artsen, advocaten e.d.m. Handelsvennootschappen zijn die vennootschappen die het stellen van daden van koophandel tot doel hebben. Het Wetboek van vennootschappen beschrijft een aantal concrete vennootschapsvormen, die alle zowel voor burgerlijke als voor handelsdoeleinden kunnen gebruikt worden.