Er wordt nog maar op twee manieren in de prijzen ingegrepen.
Enerzijds wordt voor in totaal 15 producten onderhandeld over een prijs die dan
voor de kleinhandel verplicht is, en anderzijds geldt voor tarwe een
minimumprijs van ongeveer 130 VS-dollar per ton. Voor de graanproducenten
betekent deze laatste prijs een stimulans, maar de onverkochte graanvoorraden
bij de staatsaankoopmaatschappijen veroorzaken een financieel probleem en
kunnen de kortetermijnvooruitzichten in deze sector ongunstig beïnvloeden.
Behalve door deze ingrepen worden de landbouwers met nog
twee andere maatregelen ondersteund : vrijstellingen van belasting en
subsidiëring van bedrijfskapitaalkredieten.
Als onderdeel van de overgang is ook een einde gemaakt aan
het staatsmonopolie op de buitenlandse handel. Hoewel Bulgarije vóór 1989 een
op de uitvoer van levensmiddelen gericht land was, werden tijdens de overgang
via handelsmaatregelen aan de grens beperkingen gesteld op de uitvoer van
landbouwproducten. Tot 1997 gold een invoerregeling die voorzag in beheersing
van de invoer door middel van douanerechten en minimumrechten van specifieke
aard. Momenteel wordt het handelsbeleid bepaald door een aantal bilaterale en
multilaterale overeenkomsten (Europa-overeenkomst, CEFTA-overeenkomst en
GATT/WTO-overeenkomst). Sinds deze verbintenissen op handelsgebied van kracht
zijn, is van meer discipline en een rationelere aanpak sprake bij de toepassing
van de maatregelen aan de grens en van het beleid inzake buitenlandse handel.
De aanpassing van de veterinaire en fytosanitaire
regelgeving van Bulgarije aan die van de EU verkeert nog in de beginfase.
Bulgarije heeft dus nog een lange weg af te leggen voordat zijn voorschriften
op dit gebied aan de EG-eisen zullen voldoen.