Met een aandeel van 11 à 13% in het BBP is de landbouw een
belangrijke sector van de Bulgaarse economie geworden. Na de financiële crisis
van 1996 was de landbouw de enige sector die groeide (in 1997 met 30% ten
opzichte van 1996). Hierdoor is de op 30% geschatte daling van de
landbouwproductie tussen 1989 en 1996 weer gedeeltelijk goedgemaakt.
De landbouw is in Bulgarije ook een belangrijke bron van
werkgelegenheid. Van de beroepsbevolking is 23% in de landbouwsector werkzaam.
De aanzienlijke achteruitgang van de landbouwproductie in de
periode na de hervorming heeft verschillende oorzaken. Sinds de prijzen zijn
geliberaliseerd, hebben de landbouwers de nadelige gevolgen ondervonden van een
sterke stijging van de prijzen van productiemiddelen, een afgenomen vraag en
maatregelen van de regering om de stijging van de consumentenprijzen van de
belangrijkste levensmiddelen af te remmen en om de levensmiddelenvoorziening
veilig te stellen door beperking van de uitvoer. De overgangsproblemen werden
nog verergerd doordat het niet lukte de teruggave van grond aan de vroegere
eigenaars te coördineren met de opheffing van door de Staat beheerde
coöperaties. In combinatie met de door de landhervorming veroorzaakte problemen
verklaart dit het dramatische karakter van de achteruitgang van de
landbouwproductie. Daar kwamen in de jaren 1995 en 1996 als gevolg van ernstige
beleidsfouten en ongunstige weersomstandigheden nog graantekorten bij die zeer
nadelige gevolgen hebben gehad voor de landbouwsector en de
levensmiddelenindustrie. De achteruitgang van de productie ging gepaard met een
daling van de binnenlandse vraag en verschuivingen in het consumptiepatroon,
vooral van dierlijke producten naar granen, een en ander als gevolg van de
algemene daling van de koopkracht en van het aanzienlijke deel van de inkomens
dat aan levensmiddelen moest worden besteed. Het herstel van de
landbouwproductie in 1997 was hoofdzakelijk te danken aan de hoge
ha-opbrengsten van granen in dat jaar.