Niet alle EU-landen doen mee: het Verenigd Koninkrijk en
Ierland hebben nog steeds een paspoortcontrole bij de grens. De toetreding van
Roemenië en Bulgarije werd in maart 2013 voorlopig nog geblokkeerd door de
andere lidstaten. Voor Cyprus is het verdrag nog niet in werking getreden. Naar
verwachting zal het op 1 juli 2013 tot de EU toegetreden Kroatië pas enkele
jaren na toetreding klaar zijn voor Schengen.
Hoewel de interne grenzen in principe open moeten zijn, kwam
de Europese Raad i op 24 juni 2011 overeen een uitzonderingsconstructie in het
Verdrag op te nemen. Als er een kritieke situatie ontstaat, moet een bijzonder
mechanisme de mogelijkheid bieden om tijdelijk opnieuw grenscontroles in te
stellen. In eerste instantie mochten lidstaten zelf beslissen over het
instellen van deze interne grenscontroles, maar in juni 2013 zijn de Raad i,
Commissie i en het EP i overeengekomen dat dit op Europees niveau besloten en
gecontroleerd moet worden.
Op 9 april 2013 is het Schengen Informatie Systeem II (SIS
II) operationeel geworden. Dit systeem vervangt het intergouvernementele SIS-systeem
dat sinds medio jaren '90 van kracht is en moet zorgen voor een betere
informatie-uitwisseling tussen de lidstaten. Hierbij gaat het om verbeterde
alarmering aangaande personen die mogelijk betrokken zijn bij een zwaar
misdrijf, personen die geen toegang zouden mogen hebben tot de EU, vermiste
personen - met name kinderen - en om informatie over gestolen of verloren
goederen.
Inwoners van niet-EU-landen Servië, Montenegro, Macedonië
(sinds 2009), Albanië en Bosnië-Herzegovina (sinds 2010) kunnen visumvrij
reizen naar de EU. Er is afgesproken dat bij een te grote toestroom de
vrijstelling kan worden opgeschort. In 2010 is bepaald dat burgers van
niet-Schengenlanden slechts één visum nodig hebben voor alle Schengenlanden.
Met Rusland, Oekraïne, Moldavië, Georgië en Kaapverdië zijn regelingen
getroffen over een versoepeling van de visumplicht met Schengenlanden.