Meer slagkracht voor de Cel voor Financiële
Informatieverwerking (CFI)
De CFI werd in 1993 opgericht in het kader van de strijd
tegen witwassen. De Cel fungeert als een soort kenniscentrum en doorgeefluik
tussen de private sector (banken, boekhouders, fiscale adviseurs, …) en het
gerecht (parketten). De samenwerking is bedoeld om verdachte verrichtingen en
feiten op te sporen. Verrichtingen moeten aan de CFI worden gemeld wanneer er
een vermoeden van witwassen van geld bestaat.
De regering heeft beslist dat ernstige fiscale fraude systematisch en sneller moet worden gemeld aan
de CFI. Ze volgt zo de nieuwe internationale normen van de Financiële
Actiegroep. Bij een vermoeden van witwassen gerelateerd aan fiscale fraude moet
momenteel aan twee voorwaarden - zowel ernstig als georganiseerd - worden
voldaan vooraleer er een melding moet gebeuren. Door de wetswijziging zal de
meldingsplicht in het kader van de preventieve witwaswetgeving voor alle ernstige fiscale fraude, al dan
niet georganiseerd, gelden. Door de meldingsplicht te verruimen zal er meer
ernstige fiscale fraude in het vizier van de CFI komen en stijgt de pakkans
voor ernstige fiscale fraudeurs.
Maatregelen voor een transparantere goudhandel
De goudhandel is een risicosector voor witwaspraktijken en ernstige fiscale
fraude. Een deel van die handel gebeurt volledig buiten de officiële
boekhouding om. Door de gestegen goudprijzen kiezen criminelen vaker goud als
beleggingsproduct voor hun vermogens. In tegenstelling tot banken en
diamantairs zijn goudhandelaars niet verplicht hun klanten te identificeren en
te registreren. De regering voert de identificatie- en registratieverplichting
nu ook in voor goudhandelaars.
Daarnaast werkt de regering een lacune weg in de wet op het
verbod op betalingen in contanten. De beperking voor cashbetalingen tot 5.000
euro wordt uitgebreid naar particulieren die goud aan handelaars verkopen.
Voortaan zullen goudhandelaars dus geen grote sommen cash meer kunnen betalen
aan hun particuliere klanten en worden dergelijke transacties traceerbaar.
Misbruik van vennootschappen
Datamining BBI
Investeringen in het dataminingproject van de BBI zorgen voor een betere en snellere detectie
van grote fraude en fraudenetwerken. Concreet zet de BBI in op de snellere
detectie van scherm- of buffervennootschappen (die gebruikt worden om
fraudeconstructies voor de inspectiediensten te verbergen) en de detectie van
fraudegevoelige slapende vennootschappen.
Slapende vennootschappen
Een strikte naleving van de neerleggingsplicht van de
jaarrekeningen is niet alleen fundamenteel voor een correct handelsverkeer.
Voor inspectiediensten zijn de jaarrekeningen nuttig in het kader van de
risicoanalyse. Het grootste probleem is echter dat slapende vennootschappen in
allerhande fraudestructuren kunnen worden ingezet. De regering heeft beslist
dat vennootschappen die drie opeenvolgende jaren geen jaarrekeningen neerleggen
voortaan ambtshalve uit de Kruispuntbank van ondernemingen worden geschrapt.
Slapende vennootschappen die mogelijk voor fraude kunnen worden ingezet, worden
zo preventief onschadelijk gemaakt.
Aangifteplicht buitenlandse levensverzekeringen
De aangifteplicht in de personenbelasting van buitenlandse
rekeningen wordt uitgebreid met de verplichting tot aangifte van buitenlandse
overeenkomsten voor levensverzekeringen.
Door deze aangifteverplichting wordt een vluchtweg gesloten
voor vermogens die verborgen willen blijven via constructies met buitenlandse
levensverzekeringen.
Invoering van een nieuw misdrijf “ernstige fiscale fraude”
In de fiscale wetboeken wordt een nieuw misdrijf
ingeschreven, nl. ‘ernstige fiscale fraude’. In dat geval zal er een zwaardere
straf kunnen worden opgelegd, tot vijf
jaar gevangenisstraf. Hiermee voert de regering een belangrijke aanbeveling uit
van de parlementaire onderzoekscommissie naar de grote fiscale fraudedossiers.
Huidige wetgeving:
Fiscale fraude: 2 jaar gevangenisstraf
Gebruik van fiscaal valse stukken: 5 jaar gevangenisstraf
Nieuw:
Ernstige fiscale fraude: 5 jaar gevangenisstraf (bv. iemand
die op grote schaal BTW ontduikt gebruikt niet noodzakelijk valse stukken maar
pleegt wel ernstige fraude)
Fiscale fraude gepleegd met valse documenten kan niet
verjaren zolang de ontdoken belasting niet wordt betaald
Bij gebruik van valse documenten om de fiscus te misleiden
en daardoor belastingen te ontduiken, geldt de regel dat het misdrijf ten
aanzien van de fiscus pas stopt als de ontdoken belastingen effectief betaald
zijn. De verjaring van dit misdrijf begint dus pas te lopen als de belasting volledig
betaald is. Het louter ontdekken door de fiscus of het gerecht dat de
documenten vals zijn volstaat niet om de verjaringstermijn te laten lopen
indien men zich blijft beroepen op deze stukken.
Dit kan bijvoorbeeld gaan om valse aankoopfacturen in een
boekhouding. Zolang de fictieve kosten niet uit de boekhouding zijn verwijderd,
de belastingaangifte is gecorrigeerd en de belastingen correct zijn betaald,
blijft het misdrijf duren en begint de verjaring niet te lopen.
Strafuitvoering voor alle misdrijven waar winsten uit
voortgevloeid zijn (buitontneming)
De regering neemt een aantal maatregelen zodat de winsten
die uit criminele activiteiten voortvloeien, hen ook effectief ontnomen worden
na hun veroordeling. Tijdens het onderzoek gaan politiediensten al naar die
opbrengsten op zoek, maar dikwijls kan niet alles worden teruggevonden. De
uitvoering van verbeurdverklaringen die de rechter uitspreekt komt nu bij de
diensten van de FOD Financiën terecht. De administratie heeft echter
onvoldoende middelen en mogelijkheden om effectief op zoek te gaan naar die
criminele vermogens waardoor de verbeurdverklaring soms onuitgevoerd blijft.
De uitvoering van de strafrechtelijke verbeurdverklaring
wordt effectiever gemaakt door:
De invoering van een strafrechtelijk uitvoeringsonderzoek
(SUO) waarbij politiediensten in het kader van de strafuitvoering de opdracht
kunnen krijgen om de criminele gelden actief op te sporen.
Het mogelijk maken van informatie-uitwisseling tussen de CFI
en de parketten/politie in het kader van een SUO door een aanpassing van de
CFI-wet van 11 januari 1993.
De verlenging van de termijn voor de verjaring van de
verbeurdverklaring.
De invoering van het beslag bij malafide derden
(anderbeslag) waar de opbrengsten van een misdrijf werden ondergebracht.
De aanduiding van gespecialiseerde ambtenaren bij de
diensten van de domeinen en/of penale
boetes, belast met de invordering van verbeurdverklaarde goederen.
(copyright http://www.crombez.belgium.be)